Skip to main content

Verrassingen

Nog één keer ga ik het over de schildersfamilie Van Delft hebben en over de expositie die aan Theo, Jan en Theo Janszoon gewijd is. Over de geweldige zaterdagmiddag waarop ik als ‘suppoost’ zo’n 250 enthousiastelingen mocht ontvangen in de hal van de voormalige Van Harenfabriek. Wat een verrassing! Net zoals de verhalen van mensen die vaders en moeders herkennen in de door Theo van Delft en zijn assistenten in het begin van de Tweede Wereldoorlog op de muur geportretteerden. Op het bankje in de schoenenwinkel zitten naast elkaar Toos, Ida en Johan van Haren, de serie spruiten van de grote, strenge baas Ivo.

En streng was hij. Iemand weet nog dat hij soms prullenbakken naast bureau’s leegkieperde. Als er blocnoteblaadjes uitvielen die slechts aan één kant beschreven waren volgde er een reprimande. Nog een verhaal: mensen moesten hun nummer in een kastje hangen om te laten zien dat ze aanwezig waren. Om exact acht uur ging dat kastje dicht. Wie te laat was, betaalde een dubbeltje boete, in die tijd een heel bedrag.

Nog een verrassing: een schilder, ooit in dienst van Van Haren zelf, vertelt deze middag dat hij nog mee heeft gewerkt, een jaar of vijftien geleden, aan een provisorische restauratie van de muurschilderingen. Dat verklaart dat sommige plaatsnamen op de zuidmuur, de namen van plaatsen waar Van Haren in 1939 een winkel had, wat frisser ogen dan andere. Die zuidmuur is er niet best aan toe, weet ik nadat ik twee middagen in de hal heb doorgebracht. De kleuren zijn er valer en vanaf de lambrisering trekt het vocht een grijze waas omhoog over de verf. De tijd vreet door.

Kortom: tijd voor actie! Zou de eigenaar van dit rijksmonument, FabriekNL, eens een belletje met de gemeente willen plegen? Ik heb van bronnen héél dicht bij het vuur begrepen dat er gemeentelijke potjes zijn om monumenten mee in stand te houden. En deze hal is Waalwijks erfgoed met een hoog soortelijk gewicht; een verzoek om geld voor dit doel leg je als ambtenaar niet zomaar aan de kant. Misschien kan de politiek ook een goed woordje doen. En het Huis van Waalwijk, dat zich zo bezield op de Van Delfts gestort heeft. Het zou een mooie afronding van dit ‘Van Delft jaar’ zijn: de zekerheid dat de fresco’s die de schoen-, leer- en looigeschiedenis van Waalwijk zo fraai uitbeelden, behouden blijven.

Wat mensen doen is slechts van tijdelijke aard. Maar het is kunst die hun geploeter uittilt boven de vergetelheid. De Van Harenhal dient daarom behouden te blijven. Al is het maar als eerbetoon aan die mensen die zich voor een paar rotcenten te barsten moesten werken voor Ivo met zijn dikke sigaar en daar nu, driekwart eeuw nadat ze geschilderd werden, nog steeds van getuigen.

Joep Trommelen   3 mei 2016