Deze schrijver en dichter werd geboren als zoon van een wachtmeester der Rijkspolitie in de toenmalige marechausseekazerne in Besoyen (ten westen van de Mariakerk, huidige Pastoor Van Kesselhof). Zijn vader kwam uit Nijmegen, zijn moeder uit Gennep, maar door zijn baan als politieman werd Tons vader regelmatig overgeplaatst. Hij is de derde van vijf kinderen uit een Rooms- Katholiek gezin dat drie maanden na zijn geboorte verhuist van Waalwijk naar het Limburgse Helden-Panningen.
Na de mulo en militaire dienst is hij werkstudent en komt aan de kost als bouwvakker, zeeman, verpleger en fabrieksarbeider. In deze jaren, doorgebracht in onder andere Amsterdam, Antwerpen, Delft en Frankrijk, voltooit hij de avond-HBS.

In 1965 debuteerde hij met zijn gedichtenbundel <em>Voge!s</em>. Vanaf dat jaar schreef Van Reen in totaal 32 luisterspelen voor de radio. Een jaar later verscheen zijn eerste roman: "Geen oorlog". Zijn eerste jeugdroman, "De toverring en andere heksenverhalen", kwam in 1985 uit. Hij schreef meer dan vijftig boeken maar het bekendst werd hij door zijn vier boeken over de bokkenrijders: "Ontsnapt aan de galg" (1986), "Vurige ruiters" (1989), "De gesel van het zwarte goud" (1992) en "Het loon van de duivel" (1994). Deze boeken zijn in 1994 verfilmd tot de televisieserie De Legende van de Bokkenrijders.

Zo'n 10 jaar geleden was hij even terug in Waalwijk in verband met een expositie in de bibliotheek. Deze werd geopend door goede bekende Nol Kleijngeld, toenmalig burgemeester van Helden.